Getallen tot 100 herkennen en op goede volgorde kunnen zetten.
Springen op de getallenlijn. Sprongen van tien en sprongen van een.
10-20-30-40-50- 51-52-53-54-55-56.
Sommen tot 20, ook over het tiental.
4 + 3 =. 14 + 3 =
Geld tellen tot 100, zowel eurocenten als euro's.
Klok, uren en half uren.